Gebroken
8 april 2016 - Rinjani, Indonesië
We lopen door een dichtbegroeid regenwoud. Gisteren hebben we na een klim van 1100 meter en een afdaling van 1700 meter noodgedwongen moeten overnachten aan het meer in de krater van de Rinjani. De steile helling naar beneden bestond uit rotsen, die er na verloop van tijd voor zorgden dat de demping in onze Salomonschoenen hun werk niet meer deden. Na negen uur gelopen te hebben waren onze knieën op en zou de beklimming van de tweede kraterrand teveel worden. Bij het meer zijn we volledig tot rust gekomen in één van de grote voordelen van een vulkaan: warmwaterbronnen. Met een koele buitentemperatuur voelt het zuivere hete water zo zacht als een de knuffel van een panda aan voor onze spieren. Even dwalen onze gedachten af naar deze ervaring, wanneer we worden wakkergeschud door de oneindige regendruppels die uit de hemel komen. Na een klim van 600 meter zijn we bezig aan het laatste deel van onze trekking, dat bestaat uit een afdaling van twee kilometer. We zijn al bijna tien uur aan het lopen, waarvan het de helft van de tijd hard heeft geregend. We lopen op onze reservetank, waarbij we goed moeten schudden om de laatste druppel brandstof te vinden. Ik help Kelly om over de grote wortels in het regenwoud te stappen en al steunend op mijn schouders vangen we samen de klappen op. Als ik in haar ogen kijk zie ik de pijn. Misschien is de klimtocht naar de top ons in deze korte tijd toch teveel geweest. De herinnering hieraan heeft behoorlijk wat gekost en is ons alleen daarom al enorm veel waard. Het einde komt eindelijk in zicht en voor de laatste keer tijdens deze trekking kijken we elkaar in onze vermoeide ogen aan. We zijn apetrots en de wereld mag het weten!
Nee hoor, het is de kleine grote jaloezie die je nu hoort..... ik had er graag bij willen zijn.
Geniet van de Gili's en Kelly beterschap. Joe jij weet wat je te doen staat........
Liefs, dad